Niveau 5

ICT (informatie- en communicatietechnologie) biedt veel mogelijkheden voor een contextrijke leeromgeving. In de nieuwe kerndoelen worden digitale bronnen uitdrukkelijk genoemd bij het achterhalen van informatie en informatieve teksten. Daarvoor is Kennisnet ontwikkeld, een soort internet maar dan speciaal voor scholieren (https://www.kennisnet.nl). Men is er inmiddels wel achter dat de computer beslist niet leidt tot sociaal geïsoleerde kinderen die met vierkante oogjes de hele dag achter een scherm zitten te staren. Omdat kinderen vaak in paren of met een groepje aan de computer werken, worden ze er juist sociaal vaardiger van. Ze verdelen de taken en helpen elkaar (midden- en bovenbouw). Bovendien blijkt de computer zelf een communicatiemiddel te zijn. Via e-mail, chatten of een forumdiscussie kun je contacten leggen met anderen en ideeën uitwisselen. Op de basisschool leer je kinderen hoe zij verantwoord en doelbewust gebruik kunnen maken van ICT.

 

De computer is, zowel in de bovenbouw als de onderbouw, een hulpmiddel om in te spelen op de verschillen tussen kinderen. Er is steeds meer geschikte software die je kunt gebruiken bij voorbereidende taalactiviteiten, voorbereidend rekenen en ruimtelijke oriëntatie. Het voordeel van de computer is dat de oefeningen gemakkelijk zijn aan te passen aan het niveau en tempo van een kind. Met behulp van de computer is het makkelijker om te differentiëren in de klas. Een ander voordeel is dat kinderen meteen zien of hun antwoord goed of fout is. Ze krijgen dus onmiddellijk feedback.[1]

 

Er zijn verschillende motieven waarom ik ICT in het onderwijs wil gebruiken:

  1. Het sociale motief
    Alle kinderen moeten een algemene kennis van en vertrouwdheid met computers verwerven als voorbereiding op hun toekomstige rol in de maatschappij.
  2. Het economisch motief
    De maatschappij heeft nood aan werknemers die goed kunnen omgaan met de meest moderne technologie.
  3. Het didactische motief
    ICT kan het onderwijs- en leerproces verbeteren en een educatieve meerwaarde bieden.

Op wat voor manieren zet ik ICT in, in mijn lessen?

  1. Om te leren over ICT: hoe werkt ICT en wat kun je ermee doen?
  2. Om te leren met behulp van ICT: ICT als gereedschap tijdens het leerproces, bijvoorbeeld voor het maken van werkstukken, het verzamelen van informatie en documentatie etc.
  3. Om te leren door middel van ICT: ICT als zelfstandig leermiddel dat onderwijsactiviteiten kan uitvoeren die nu door leerkrachten, studieboeken en handleidingen gerealiseerd worden.

 

Voor de methodes ‘Wijzer door de Wereld’ (aardrijkskunde) en ‘Wijzer door de tijd’ (geschiedenis) gebruikt de methode filmpjes ter introductie of ter aanvulling om de stof interessanter en duidelijker te maken. Mijn stagementor wist niet hoe hij dit moest doen, alleen dat het wel bestond. Ik ben met hem gaan uitzoeken hoe we dit konden gebruiken. Eigenlijk was het heel simpel om dit computerprogramma in de klas te kunnen gebruiken en op deze manier werden de kinderen enthousiaster voor deze vakken. Ik ben deze vakken dus zelf gaan geven, omdat ik ook enthousiast werd van de ondersteuning van filmpjes, beelden etc. Op deze manier ben ik bezig  te onderwijzen met gebruikmaking van ICT.

De leerlingen laat ik zelfstandig reken- en taalwerk op de computer doen tijdens hun weektaak. Hierbij moeten zij zich met hun eigen naam aanmelden, om op hun eigen niveau te werken. Het werken op de computer vinden de kinderen heel motiverend en zij kunnen op hun eigen tempo aan de slag. De computer selecteert onderwerpen die vaak fout worden gemaakt door de leerling. Ik hoef de leerlingen dus niet te begeleiden, het programma is zo gemaakt dat de kinderen zelfstandig leren en uitleg krijgen. Dit geeft ruimte om andere leerlingen in kleine groepjes te kunnen begeleiden met ander werk waarin zij extra ondersteuning nodig hebben.

 

 



[1] Eijkeren van, M. (2005) Pedagogisch Didactisch Begeleiden Baarn: HBuitgevers