Niveau 4

Ik vind dat kinderen betrokken moeten worden bij de culturele en maatschappelijke ontwikkelingen in ons land, maar ook van de ontwikkelingen in andere landen. Dit kan door middel van de leerlingen het nieuws te laten volgen; ze kunnen het Jeugdjournaal kijken of een krantenknipsel meenemen en bespreken in de klas. Ik denk dat kinderen een stukje wijzer worden door de ontwikkelingen te volgen, omdat zij kennis hebben van de belangrijke gebeurtenissen in de wereld.

Kinderen raken vanaf een jaar of 9/10 steeds meer geïnteresseerd in wat er om hen heen gebeurt en wat hun rol als medeburger is of kan zijn. De kinderen horen of zien onderwerpen in het nieuws en er komen allerlei vragen opborrelen. Ik zou het raar vinden als een leerkracht dan geen tijd hieraan zou besteden. Ik vind dat je belangrijke zaken bespreekbaar moet kunnen maken in de klas. Kinderen mogen ook een mening vormen over verschillende onderwerpen. Je wilt als leerkracht dat het kind straks goed in de samenleving een eigen mening kan vormen en deze ook kan onderbouwen met gefundeerde argumenten. Op ouderavonden kun je ook met de ouders bespreken wat je in de klas doet aan mediaopvoeding. Uiteraard kunnen sommige onderwerpen uit het nieuws heftig zijn voor sommige leerlingen. Hierbij denk ik aan onderwerpen waarbij mensen zijn overleden, terwijl een kind misschien net iemand dichtbij heeft verloren. Ik zou dat kind dan even apart nemen, om te kijken of hij/zij er dan wel bij wilt zitten of liever niet.

Wanneer kinderen geraakt worden door het nieuws, zoals bij de ramp op Haïti, zijn zij vaak geneigd om actie te willen ondernemen; ze voelen zich betrokken en willen helpen. Echter kunnen ze ook bang worden door wat er gebeurt in de wereld. Belangrijk is om dingen te relativeren in de klas. Als kinderen bang worden van het feit dat er een aardbeving ergens op de wereld is geweest, dan kun je hen uitleggen dat de kans op een aardbeving in Nederland ongelooflijk klein is. Uiteraard gebeuren er dingen ook wel heel dichtbij, zoals de schietpartij in Alphen a/d Rijn. Toch moet je proberen dit te nuanceren door uit te leggen dat ook hierop de kans heel erg klein is. Niet iedereen loopt op straat met een pistool en een dergelijk persoon is ziek in zijn hoofd.

Waarom vind ik het volgen van maatschappelijke en culturele ontwikkelingen belangrijk? Voor de algemene ontwikkeling, het kennis hebben van de samenleving om je heen en dat je daarin ook actief kunt participeren.

Een voorbeeld in de klas

Staking onderwijs 6 maart 2012

Stakingen leraren op 6 maart. Onderwijsbonden roepen op om te gaan staken in primair, voortgezet, speciaal onderwijs en mbo op 6 maart. Door staking 1700 scholen gesloten en 3000 scholen voeren actie tijdens staking in het onderwijs. Kijk welke scholen gesloten zijn op de site van AOB (Algemene Onderwijs Bond).

De gezamenlijke onderwijsvakbonden roepen leden werkzaam in het primair, voortgezet, speciaal onderwijs en mbo op om 6 maart te gaan staken tegen het voornemen van minister Van Bijsterveldt om 300 miljoen euro te bezuinigen op het passend onderwijs. Met deze staking doen de vakbonden een ultiem beroep op de Tweede Kamer om af te zien van de maatregelen ten aanzien van passend onderwijs.

Tijdens de landelijke staking onderwijs wordt op 6 maart in de Amsterdam Arena actie gevoerd. Er worden 10.000 mensen verwacht.[1]

Aan de hand van deze staking zijn er natuurlijk veel vragen vanuit de klas gekomen van de leerlingen. Ook op de Elisabeth-Paulusschool zijn de leerkrachten gaan staken en waren de leerlingen een dag vrij.

Toen ik dit op maandagochtend vertelde, hebben we besproken wat staken precies inhoudt. Wanneer doe je dit, wat wil je bereiken, waarvoor kun je staken? Etc. Ook heb ik uitgelegd wat bezuinigen betekent. Passend onderwijs was ook een nieuw woord voor hen. Toen ik had uitgelegd welke kinderen bijvoorbeeld extra uitleg kregen, extra huiswerk of begeleiding, en dat daar extra leerkrachten voor nodig zijn, kregen ze een beter beeld bij het idee dat er volgend jaar misschien geen leerkrachten beschikbaar zijn om dit te kunnen doen. Dat is dus heel erg zonde.

Hierop volgend gingen we in een kring zitten en zijn we verder gaan discussiëren over hoe we dit kunnen gaan oplossen. Er kwamen oplossingen vanuit de kinderen zoals: een sterk kind kan een zwakker kind helpen; meer samenwerken; 1 extra leerkracht om alle kinderen die extra begeleiding nodig hebben te laten helpen; etc. Daarna hadden de leerlingen elk een tekening/poster gemaakt in protest tegen de bezuinigingen.

Om deze woorden te onthouden heb ik de volgende woorden op de woordenmuur gehangen voor woorden in de weer:

• bezuinigingen
• passend onderwijs
• staken
• protesteren

Aan dit onderwerp heb ik veel aandacht gegeven, omdat het de kinderen direct aangaat. Zoals eerder gezegd vind ik het belangrijk dat kinderen nadenken over maatschappelijke kwesties om te leren een standpunt in te nemen en deze toe te kunnen lichten.